Vijf soorten marterachtigen in Nieuwkoopse Plassen

Vijf soorten marterachtigen in Nieuwkoopse Plassen

In de Nieuwkoopse Plassen zijn in twee maanden tijd maar liefst vijf marterachtigen op beeld vastgelegd! De wezel, boommarter, hermelijn, bunzing én otter lieten zich deze nazomer allemaal van hun beste kant zien.  

De video bekijk je hier:

 www.natuurmonumenten.nl/marterachtigen-nieuwkoopse-plassen

Lief uiterlijk, scherpe tanden

Boswachter John Pietersen van Natuurmonumenten vertelt: “Marterachtigen zijn roofdieren die erg goed kunnen jagen. Met hun donzige vacht, lange lichaam en korte pootjes zien ze er misschien aaibaar uit, maar ze hebben ook een stel scherpe tanden. Dat al deze dieren nu in de Nieuwkoopse Plassen te vinden zijn, geeft aan dat hier genoeg voedsel te vinden is.”  

Variërend menu

Prooidieren zoals muizen, vogels, eieren of amfibieën moeten het hierbij ontgelden. Elke soort marterachtigen heeft zijn favoriete hapje. Zo houdt de wezel vooral van muizen. Dit in combinatie met het blaffende geluid dat hij produceert, levert de wezel de bijnaam muishond op. De boommarter die gemakkelijk door bomen manoeuvreert en sprongen door de lucht kan maken, heeft een menu van vogels, eieren en soms zelfs een eekhoorn.  “En zoals bekend is, is het jachtterrein van de visotter het water. Het dieet van de otter bestaat voor 80% uit vis. Hij eet ook wel kleine zoogdieren, kikkers en zelfs (water)vogels, maar vis voert duidelijk de boventoon”, aldus boswachter John.

Grootste gevaar: verkeer

Deze donzige roofdieren hebben zelf ook vijanden. Zo worden de kleine marterachtigen zoals de bunzing nog wel eens gegrepen door een vos of roofvogel. Maar de gezamenlijke vijand van de wezel, boommarter, hermelijn, bunzing en otter is de mens. Hierbij is het verkeer de allergrootste doodsoorzaak van de zoogdieren. Boswachter John: “Daarom zijn we erg blij dat de provincie op 28 september besloten heeft om faunapassages bij de Uitweg aan te leggen. Niet alleen de otter zal van deze tunnels profiteren, ook veel andere diersoorten zullen gebruik maken van deze veilige oversteekplaatsen.”